Toe die wêreld hier nog jong was en die horison wyd en oop
Was dit groen hier in die halfrond, suid van die ewenaar
En in die skemer as die son sak en die beeste huis toe loop
Klink die roepstem van die vrouwe oor die heuvels van die land:
Halala, ewig is ons Afrika.
Thula thula mtanami, thula thula sanaboni, thula thula mtanami,
Ubab uzobuya sihlale naye, ubab uzobuya sihlale sonke,
Hmmm-Hmmm
Toe kom die skepe uit die weste, wit seile oor die see
Om te vra vir koos en water en te bly vir so veel meer.
En die land wat een tyd oop was, die land het ons verruil
Vir die ghetto’s van die stede is ons koperdraad gegee.
Halala, ewig is ons Afrika
Halala, sasiphila, kamnandi, halala, mayibuye Afrika
Thula thula mtanami, thula thula sanaboni, thula thula mtanami,
Ubab uzobuya sihlale naye, ubab uzobuya sihlale sonke,
Hmmm-Hmmm
Daar was rykdom in die maag van ons moeder Afrika
Diamante en ook steenkool, goud, edel metaal
En die mense word die slawe hier want die mense word betaal
Om te tonnel in die aarde elke greintjie uit te haal
En die groot en oop grasvlaktes span dit toe met doringdraad
En van die olifant tot die gemsbok al die diere moes kom buig
Voor die mag van die grootwildjagter voor die mag van sy groot geweer
Totdat net die stilte oorbly, totdat net die stilte heers.
Halala, ewig is ons Afrika.
Halala, sasiphila, kamnandi, halala, mayibuye Afrika
Sasidjapolutjoloythina
Halala, sasiphila, kamnandi, halala, mayibuye Afrika
Toen de wereld nog jong was en de horizon wijd en open
Was het hier groen ten Zuiden van de evenaar.
In de schemering, toen de zon onderging en de dieren naar huis liepen,
klonk de roep van de vrouwen over de heuvels van het land:
Halala, eeuwig is ons Afrika
Stil, stil mijn kind. Stil stil kleine baby. Stil, stil mijn kind.
Vader komt terug, we zullen bij hem zijn, vader komt terug, we blijven allen.
Toen kwamen schepen uit het Westen, witte zeilen kwamen over de zee.
Ze vroegen om eten en water en ze bleven voor zoveel meer.
En het land dat open (van iedereen) was: we hebben het moeten verlaten;
voor de getto’s in de steden kregen we koperdraad.
Halala, eeuwig is ons Afrika
Hoera, we leven nog steeds goed, hoera, moge Afrika helen (terugkomen)
Stil, stil mijn kind. Stil stil kleine baby. Stil, stil mijn kind.
Vader komt terug, we zullen bij hem zijn, vader komt terug, we blijven allen.
Er zat rijkdom in de buik van onze moeder Afrika:
Diamanten, steenkool, goud, edelmetaal.
Mensen hier werden slaven,
ze werden betaald om te graven in de aarde en er alles uit te halen.
De grote en weidse grasvlaktes: sluit ze af met prikkeldraad…
en van de olifant tot de gemsbok, alle dieren moeten buigen voor
de machtige grote jager, voor de macht van zijn geweer…
Totdat alleen maar stilte blijft…
Halala, eeuwig is ons Afrika.
Hoera, we leven nog steeds goed, hoera, moge Afrika helen
Wij genoten samen
Hoera, we leven nog steeds goed, hoera, moge Afrika helen