Dit lied zongen we vroeger.
Het behoort niet tot ons actief repertoire.
Son la mondina son la sfruttata
son la proletaria che gia mai tremo
Le han uccisa incatenata
carcere (e) pior insa(no) nulla mi fermo.
Con nostri corpi sulle rotaie
noi abiam' fermato' il nostro sfruttato
c’e nostro pan dan'dalle risaie
ma non partam' aquell' simbol dell lavor .
E dai padroni paren la guerra
dunque unite siemo noi i vincere
noi di sfruttati sulla terra
lo piu forti dei canoni noi sarrem.
Questa bandiera gloriosa e bella
noi la terra colp(a) era forte ante usu
dal bercelesa al marinella
alla testa della nostra gioventu.
E l'otteremo per il lavoro
per la pace, pan e per la liberta
e construeremo mundo nuovo
di giustigia e di vera civilta.
Ik ben de arbeidster, uitgebuit,
De proletariër die nooit beeft.
Ze hebben haar gedood, geketend, gevangen gezet,
Maar niets houdt mij tegen !
Met ons lichaam op de karrensporen
Hebben we onze uitbuiter tegengehouden.
Onze broodwinning zit in de rijstvelden,
Het symbool van onze arbeid zullen we toch niet naar hem brengen !
Het zijn de patroons door wie oorlog komt,
Dus, verenigd zullen wij overwinnen.
Wij, de uitgebuiten der aarde,
Wij zullen sterker zijn dan de kanonnen.
Deze vlag, schitterend en mooi.
Wij, de aarde, waren sterk voor we gebruikt werden.
Van de baker tot de schippersvrouw,
Aan het hoofd van onze jeugd.
Wij zullen strijden voor ons werk,
Voor vrede, ons brood en voor de vrijheid.
En zullen een nieuwe wereld opbouwen,
Van gerechtigheid en echte burgerzin.